zaterdag 12 juli 2008

Spion om te leven

Geknield voor de massief eikenhouten deur, loert zij door het sleutelgat. Ze is tenger van lijf en nieuwsgierig van aard. Haar handen houdt ze aan weerszijden van haar gezicht om zich beter op de private aangelegenheden te kunnen richten die zich aan de andere kant van de deur afspelen. Haar toch al broze knieën zijn paars gekleurd, maar voelen doet zij ze niet. Geïntrigeerd door dat wat ze ziet, is eventuele pijn in vergetelheid geraakt.

Je zou het een obsessie kunnen noemen of vermaak. Voor haar is het niet meer dan een aanwensel, routine. Zo lang zij zich herinneren kan, leeft zij bij de gratie van de belevenissen van anderen, voedt zij zich met de al dan niet wetenswaardige voorvallen uit levens van volslagen vreemden het liefst.

Ze is niet bang ontdekt te worden, niemand ziet haar ooit staan. De mensen spreken niet met haar. Onzichtbaar lijkt ze. Zonder er nog bij na te hoeven denken, voert zij haar dagelijkse bezigheden uit. Niemand die ooit zijn beklag doet over haar. Ze komt immer keurig op tijd, is niemand tot last en laat geen steekjes vallen. Zelfs niet wanneer zij moe is van het langdurig gegluur.

Dat zij intelligent is, weet noch haar omgeving noch zijzelf. Dat zij de kunst van het fantaseren tot in de puntjes beheerst, is ook geen mens bekend. Een indukwekkend talent dat verloren gaat zonder dat iemand erom hoeft te rouwen.

Geen opmerkingen: