zaterdag 27 juni 2009

Tribute

Omdat iedereen dezer dagen praat over zijn of haar favoriete nummer van Michael Jackson, doe ik graag mijn duit in het zakje.
Hoewel ik 'Thriller', 'Dirty Diana' en 'Beat it' uiterst fraaie nummers vind, kunnen ze toch geen van allen tippen aan mijn lievelingslied: 'Als de zeem aan de salamander zat'.
Luidkeels zongen wij dit gevijven mee in de auto op weg naar Oostenrijk als het mijn beurt was de muziek voor het komende uur te bepalen. Na Elvis (ook een King overigens) en Madonna volgde dan Michael, want ik had na de nodige omzwervingen ook een idool gevonden.
Het oorspronkelijke lied kan ik er niet meer uit afleiden en het cassettebandje waar het op stond laat zich ook niet langer draaien.
This is it! Tijden vervliegen, maar vergane glorie is het wat mij betreft zeker niet.
Vaarwel..

dinsdag 23 juni 2009

...

Zij speelden 3 wedstrijden, waarvan ze er 5 verloren. Ik lees het en sta oprecht versteld.

Kijk vervolgens voor me uit en zie hoe een bedrijvige bezige bij zich op de plastic zonnenbloem in mijn tuin uitleeft, in de ijdele hoop er na lang proberen toch nog wat nectar of stuifmeel uit te trekken.

Waarop een wielrenner langsfietst en 50 meter verderop staande wordt gehouden door meneer agent omdat hij zojuist de maximumsnelheid van 30km overschreden zou hebben.

En zo drijft een mens kabbelend voort op de bodem van de zee.

donderdag 11 juni 2009

Werving...hoe werft dat?

Als columnist hoor je je eigen koers te varen. Dat is het mooie. Je mag zelf bepalen waarover je schrijft, hoe en waarom. Het staat je vrij naar hartelust mensen te bejubelen of te beledigen als je dat nodig vindt, grappen te maken, moralistisch te zijn of trachten de lezer te verbazen of te verwonderen.

Slechts één ding is eigenlijk maar uit den boze: je voor iemands karretje laten spannen. Dat doe je niet. Toch lukte het Reza met zijn aanstekelijke bevlogenheid voor zijn werk als spil van het BehandelKantoor in het Aanmeldcentrum van Zevenaar.

Als voormalig vluchteling die halve dropjes kauwt om beter te integreren legt hij een enorme betrokkenheid aan de dag bij asielzoekers die zich net in Nederland komen melden. Mensen die even niemand hebben om op terug te vallen en van wie verwacht wordt dat ze in gesprek met de IND uitgebreid verslag doen over hun asielmotieven. Het laat zich raden dat deze verhalen herinneringen boven brengen van ervaringen die wij ons niet eens in onze gedachten durven voorstellen.

Reza heeft een bijwoonpool van vrijwilligers om asielzoekers op deze dag voor, tijdens en na de gehoren bij te staan. Belangrijk, zinvol en dankbaar werk dat helaas niet voor iedere asielzoeker ingezet kan worden. De pool is namelijk veel te klein, waardoor maar ongeveer 20% van alle nadere gehoren bijgewoond kunnen worden door een vrijwilliger van vluchtelingenwerk.

De grote vraag is dan natuurlijk hoe je mensen ertoe kunt zetten een paar uur per week vrij te maken om een asielzoeker bij te staan? ‘Tijd over’ heeft immers niemand meer tegenwoordig, daarvoor zijn we met zijn allen veel te druk. Hoe trek je mensen dan over die streep? Helpt het om te zeggen dat je een geweldige schat aan ervaringen en kennis opdoet als vrijwilliger in de bijwoonpool? Dat je de meest uiteenlopende mensen ontmoet en zeer bijzondere verhalen hoort waardoor je je gaat realiseren hoe goed je het eigenlijk hebt? Dat je jezelf kunt ontwikkelen, mensen helpt wanneer ze het het meeste nodig hebben. Helpt dat? Het inzicht dat het ook jouw leven verrijkt?

Als u nu na het lezen van deze column in beweging komt, Reza belt op nummer: 0316-741654 of mailt naar rsoby@svmg.nl, dan is het antwoord JA, HET HELPT!

dinsdag 9 juni 2009

's Lands bokkenpruik

Enig politiek engagement zou een columnist niet vreemd moeten zijn. Dus vooruit maar, het is de week na de Europese verkiezingen, daar gaan we dan.
Al schrijvend zit ik in de trein ditmaal. Voor de gelegenheid heb ik de standpunten van de Partij voor de Vrijheid uitgeprint. Het zit me echter helemaal niet lekker, sterker nog ik schaam me voor mijn printje. Naarstig tracht ik het papier weg te moffelen en lees ik wat erop staat geschreven heel stiekempjes als was het een spiekbriefje.
Je kunt je afvragen waarom ik zo omslachtig te werk ga? Een aanzienlijk deel van de Nederlandse bevolking schaart zich immers achter deze partij, zo is gebleken. Toch wil ik onder geen beding dat ook maar één enkele van al die volslagen onbekenden in deze trein denkt dat mijn stem afgelopen donderdag naar de PVV is gegaan of dat ik mij aangesproken zou voelen door leuzen als “Eurabië Nee!” of “Turkije nooit welkom”.
Ik ben geen heilige, ik heb natuurlijk ook zo mijn vooroordelen (over dhr. Wilders bijvoorbeeld), maar ik doe in ieder geval mijn best mijn vooroordelen te toetsen aan de feiten. Nu is ons bokkenpruikje gelukkig zeer helder in zijn bewoordingen, hetgeen de toetsing relatief gemakkelijk maakt. Ter illustratie: “de files in Nederland kun je rechtstreeks toeschrijven aan migranten”. Maar - vraag ik me dan af - als volgens Wilders ‘al’ die allochtonen werkloos thuis zitten hoe kunnen ze dan tijdens de spits al onze files veroorzaken? Ander voorbeeld: “onze Nederlandse waarden en normen zijn nu eenmaal van een hoger, beter, prettiger en humaner beschavingsniveau”. Je hoeft geen antropoloog te zijn om te begrijpen dat deze uitlating niet op feiten, maar op puur etnocentrisme is gebaseerd. Moet ik doorgaan?
Om niet louter op Geert af te geven – dat zou wat al te gemakkelijk zijn – wil ik hem nageven dat hij ook een groot aantal uitspraken op zijn conto heeft staan die wel kloppen als een bus. Ik denk dan aan: “ik vind dat het eerste artikel van de grondwet (non-discriminatie beginsel) geschrapt moet worden, omdat ik WIL discrimineren”. Twijfel ik niet aan, deze ambitie van dhr. Wilders is volstrekt helder en heeft hij reeds terdege overtuigend bewezen. Bravo!
Mijn eindstation is inmiddels in zicht, zorgvuldig scheur ik mijn papier op het ritme van de piepende remmen aan flarden. Wanneer ik de rommel opgelucht in de daarvoor bestemde prullenbak wil doen, zie ik haar ineens hangen. Loesje: “Elk vooroordeel heeft z’n nadeel”.

maandag 8 juni 2009

Jong en oud

Per trein reis ik naar het schoone zuiden des lands. Hoe lager ik kom, hoe grijzer het wordt. Niet het weer, maar de haren. Ik kan mij niet aan de gedachte onttrekken dat hier simpelweg meer ouderen zijn of op z'n minst meer onderdeel uitmaken van het straatbeeld.
De mevrouw naast me draagt een knalrode lakjas en vertelt haar in roze geklede vriendin dat ze ook een trein eerder had kunnen nemen. "Liever iets te vroeg, dan iets te laat", licht ze toe. Ik probeer me een voorstelling te maken van de zee van tijd waar zij op dobbert, wat een rust! Na een week met chronisch slaaptekort, krijg ik bijna zin ook even lekker oud te zijn.
Bijna, totdat ik een andere grijsaard nerveus aan een deur zie sjorren die met een knopje open moet. Ze moet naar de wc, maar een vergeeld papiertje vertelt ons reizigers dat de toiletten sedert 14 april tijdelijk buiten gebruik zijn. "Sorry voor het ongemak", maar wat koop je daarvoor als je incontinent aan het worden bent en de tena-lady nog niet in je leven hebt willen accepteren? Weinig, het gele sap sijpelt reeds langs haar benen.
Juist op dat moment klinkt er een oproep via de intercom: "geen schoenen op de bank graag". Ik zet mijn voet weer op de grond en hoor door diezelfde intercom: "dankuwel". Dankbaar voor de afleiding komt de vrouw met het natte been tegenover me zitten en terwijl ze haar been met een eau-de-cologne tissue afdept hoor ik haar mompelen: "de jeugd van tegenwoordig".