woensdag 20 juni 2007

Tussen schutting en conifeer

“Ik mag de straat niet alleen oversteken”, zegt de kleinste van de twee.
“Oh, ik wel jonguh”, zegt de ander.
Ik zie ze niet, maar heb haarscherpe beelden bij wat zich afspeelt achter de schutting rechts van mij. Ik zie de grote, stoere jongen direct aanstalten maken om naar de straat te gaan om zijn kleine vriendje de loef af te steken. Hij zou naar de overkant rennen, zich aldaar omdraaien en met uitgestrekte vingers, duim op zijn neus zijn tong uitsteken.

Over de coniferen aan de andere kant galmen woorden van geheel andere aard.
“Zoh, mien kunstgebit is weer schoon”. Zelf zou ik het zogezegd enigszins bezwaarlijk vinden wanneer ik onverhoopt de hele buurt van deze triviale zaken op de hoogte zou stellen. En dus houd ik mij angstvallig stil, doe ik net alsof ik daar niet zit. Ongevraagd bescherm ik mijn buurvrouw voor...ja voor wat eigenlijk? Waarschijnlijk schaam ik mij meer dan zijzelf. Zelfs wanneer ze het weten zou dat ik daar zat, “kan gebeuren niewaar”. Maar ik denk aan de stukjes tussen die tanden, en de amorfe massa tandvlees die nu zichtbaar moet zijn tussen haar geslis.

Ik schuif mijn bord opzij om de maaltijd op een later moment te hervatten. Ik loop naar binnen en kijk door het raam waar twee meisjes samen duimend op de stoeprand zitten.

1 opmerking:

Hannah zei

"mien kunstgebit is weer schoon"?
komen jouw buren uit de achterhoek?
haha

tot zaterdag!!! hannah