dinsdag 24 juli 2007

Zonder titel

Daar staat een schaduw
Ze lijkt parmant en vastberaden
Alsof ze een stukje van haar kracht hervonden heeft
Ik kijk naar haar en realiseer me ineens
Dat ik dat moet zijn

donderdag 19 juli 2007

Naar eer en geweten

Eer: Gemakshalve kan ik nu natuurlijk gaan beweren dat ik van de oude stempel ben. Dat ik het romantisch vind wanneer een man me het hof maakt. Dat ik bloos bij het in ontvangst nemen van geurende bloemen of frivool verpakte chocolaatjes en schuchter naar beneden kijk wanneer ik een zelfgemaakt gedicht gereciteerd krijg. Zo hoort het gewoon. Dat ik er op deze wijze het meest ongehavend vanaf kom en mijn trots geen onnodige risico’s noch gevaren loopt is uiteraard puur toeval. Mooi meegenomen, heerlijk, houden zo!
Geweten: Tegelijkertijd bekruipt mij het gevoel dat dit ook een klein beetje laf is. Want wie houd ik nu voor de gek? Ik weet wel beter, ik kan het heus waarderen wanneer een man flink moeite doet om mij voor zich te winnen en als feministe op de barricade zou ik mezelf niet willen omschrijven, maar ouderwets ben ik toch ook niet. Zelf de stoute schoenen aantrekken en een gokje wagen heb ik principieel niets op tegen, ben er alleen doodsbenauwd voor.

En dan sta ik ineens voor een dilemma, want wat is erger? Gekrenkte trots of lafheid? Handel ik naar eer of naar geweten?

vrijdag 13 juli 2007

Svensk flicka

Ik zie dat ze nog steeds nagels bijt, net als ik. Dat hebben we dan na die acht jaar radiostilte nog altijd met elkaar gemeen.

Voordat ik in de trein spring, pak ik de foto’s van toen wij tien waren er nog eens bij. Twee olijke gezichtjes in jonge, spielebenige lijfjes samen op een vlot met een picknickmand vol door mama met zorg geselecteerde lekkernijen; verkleed in een pashokje met de speciaal voor elkaar uitgezochte meest lelijke kleding van heel de winkel; uit de schommel springend op schuimkussens met een breed lachende blik waarmee we de spanning op ons gezicht trachten te maskeren. Ik sla het roze foto-album met voorop een balletplaatje van een spitz dicht en moet nog rennen voor de trein ook.

Onderweg zie ik een grote vrachtwagen rijden met daarop twee enorme vlaggen, een Nederlandse en een Zweedse. Zij is half Zweeds. Ook de goden zien ons weerzien zitten. Ik ben zenuwachtig, zou een internetdate ook ongeveer zo voelen?

We herkennen elkaar natuurlijk meteen en het voelt vertrouwd. Onze levens zijn heel anders en beide bijzonder verlopen. We luisteren geduldig naar elkaar, al branden de vragen ons op de lippen. We zijn geen kinderen meer, al zouden we dat best wat meer willen zijn gebleven. We kunnen ons heus nog wel verliezen in een lachbui, gek doen zonder ons te schamen, genieten van het moment en ook aan energie hebben wij geen tekort. Maar onbezonnen, nog geen benul hebbend van enig kwaad in die mooie, nader te ontdekken wereld en zonder zorgen voor morgen zijn wij niet meer. Gelukkig hebben wij nog wel illusies en streven wij optimistisch naar een toekomst waarin de zon altijd schijnt en het bloemen regent.

De jeugd van een mens sterft immers pas wanneer hij haar zelf ombrengt.

vrijdag 6 juli 2007

In zo'n geval is ranja beter dan thee

Ter inleiding:
We kibbelden wat over dat ene woord dat onderwerp is van het nu volgende schrijven. Beiden wilden wij het gebruiken voor onze blog. Ik kwam er die avond mee aanzetten en opperde tevens dat het bruikbaar zou zijn voor een stukje. Maar tsja, ik heb geen monopolie op het gebruik van dit woord, ik heb het niet zelf uitgevonden en ook te weinig geld om het op te kopen mocht die mogelijkheid me eventueel geboden worden. En dus staat het iedereen vrij dit woord te gebruiken, ook haar die ik van een weldadig maal had voorzien die avond. Wij werden het er wel over eens dat wanneer zij het gebruiken zou, zij mijn naam zou noemen zodat mij de eer toekomt die ik verdien. Dat vind ik wel zo netjes.

------------------------------------------------------------------------------------------------

Zo nu en dan herontdek je woorden.
Leuke woorden, grappige woorden, lelijke woorden of karakteristieke woorden.
Ik ben er nog niet helemaal over uit onder welke categorie mijn ‘nieuw’ herontdekte woord valt. Het woord op zichzelf is prachtig – de klank, de combinatie der letters -, maar wat het uitdrukt daarentegen is heel erg vies, wat dan weer grappig is.
Wat vind jij, moet ik het woord ‘lijzig’ als leuk, lelijk of grappig aanmerken?

(Daarmee de categorie ‘karakteristiek’ buitensluitend, terwijl het woord toch een karaktereigenschap beschrijft)

Hoe ik het woord herontdekte laat zich raden wellicht.
Ik deed de deur open en zag het meteen. De vrouw die voor me stond had weinig tot geen uitdrukking op haar gezicht, om over uitstraling nog maar te zwijgen. Haar haren hingen wat vet en smoezelig langs haar vormloze gelaat. Over kleding dacht zij niet na, dit interesseerde haar klaarblijkelijk niet. Slechts tien minuten hoefde ik een conversatie met haar op gang te houden, maar halverwege kreeg ik al spijt van het feit dat ik haar een kop hete thee had voorgezet. Ik had verdomme ook gewoon ranja moeten serveren! Toen ik haar vroeg waar ze verder van hield, wat ze zoal deed met haar leven en zij antwoordde: “ik houd erg van lezen…ja” Stilte “Uhm en verder…uhm jeetje, ja…ik weet niet, ik houd dus erg van lezen”, kwam opeens dat woord weer terug in mijn gedachten gesprongen, terug uit de vergetelheid als was zij nooit weggeweest.
‘Lijzig’.

woensdag 4 juli 2007

Nieuwe baan

Stel je voor...
Je hebt een splinternieuwe baan en bent daar erg blij mee.
Je voelt je nog wat onwennig omdat je de ins en outs van de organisatie nog niet kent.
De wellicht sappige roddels komen jou nog niet ter ore en dat wat je wel in de wandelgangen oppikt begrijp je eigenlijk niet.
Je nieuwe collega's lachen vriendelijk en informeren zo nu en dan plichtsgetrouw hoe het met je gaat zonder te luisteren naar je antwoord.
"En hoe bevalt het hier?" "Oke, nou goed leuk. Werk ze vandaag"
Je hebt een eigen kamer "chique hoor!" Maar aan de andere kant is dat ook wel een beetje alleen.
En dus houd je je kamerdeur open zodat passanten een praatje aan kunnen knopen, hetgeen ze vervolgens niet doen.
Iets verderop in de gang hoor je andere collega's wel vrolijk met elkaar converseren.
Het geeft niet, jij bent nieuw en het komt nog wel, alles op zijn tijd.

Inderdaad alles op zijn tijd en dus loop je even naar het toilet.
Kun je meteen water halen om een kopje thee te zetten, op je kamer. Van alle gemakken voorzien zullen we maar zeggen.
Dat er geen koffiehoek is, hoort er natuurlijk allemaal bij en daar vind je niets van.
Na het vullen van je waterkoker trek je je nieuwe, iets te nette broek die niet erg lekker zit omlaag en ga je zitten.
Je moet poepen, maar durft niet. Straks staat er iemand te wachten als jij de deur weer open doet om te ontsnappen aan je eigen odeur.
Normaliter ben je wel trots op dat wat je zelf geproduceerd hebt, maar in deze laat je de lofuitingen liever aan je voorbij gaan.
Maar de dag is nog lang en wat dat betreft is zo vroeg de kust wellicht nog het veiligst.
Je kiest voor jezelf en drukt even door.
Net op het moment dat je het zorgvuldig afgescheurde papiertje langs je bevuilde billen laat glijden, zwaait de deur open.

Vergeten op slot te doen. Ik geloof dat ik me al redelijk thuis begin te voelen.

dinsdag 3 juli 2007

Verkeerd ingeschat

Hij had eigenlijk alles in tweevoud. Twee keer zo grote voeten, twee keer zo brede schouders, twee mobiele telefoons in plaats van één, tweedelig pak, twee keer zo volwassen, vast ook twee keer zo wijs en vermoedelijk ook bijna twee keer zo oud als ik.

Hij had liever niet dat ik naast hem kwam zitten en juist daardoor kon ik het niet laten hem te vragen of ik op de plek van zijn aktekoffertje mocht plaatsnemen. Dat mocht best zei hij. Het was een lekkere plek.

Ik vond hem niet bijster interessant, maar kon mijn aandacht toch maar moeilijk bij mijn krantje houden. Ik keek hem stiekem vanuit mijn ooghoeken in zijn stencils en zag hoe hij aankruiste dat de beslissing van McDonalds om overal in de Benelux franchiseondernemingen op te zetten geen strategisch besluit vormt. Ik bedenk me nog dat ik er niet rouwig om zou zijn als McDonalds om deze reden anders zou besluiten, hoewel ik het Sunday-ice met karamel en nootjes toch erg kan waarderen.

Op dat moment schalt er een schelle, scherpe stem door de coupé, ik schrik er een beetje van. In een lange riedel van “ja hoor, dankjewel, alsjeblieft, goed hoor, gezien”, schuift ze langs de banken. Ik graai vast in mijn tas om mijn treinkaartje en kortingskaart te vinden tussen de pennen, potters, haarklipjes en pakjes zakdoeken. Wanneer ik mijzelf opricht zit de serieuze meneer naast mij ook reeds startklaar voor het bezoek van de mevrouw met de schelle stem. Dat hij zijn kaartje pakte is onopgemerkt gebleven…twee keer zo snel. Hij houdt zijn mapje met daarin zijn vervoersbewijs behendig vast en werkt ongestoord verder, belangrijke mannen hebben uiteraard geen tijd te verliezen.

Daar staat ze dan voor onze neus. Ik had haar fors verwacht, maar ze is tenger. Ik groet haar en laat mijn verfrommelde kaartje zien. De serieuze meneer kijkt ook op. Kort maar hij gunt haar een vluchtig lachje. Daarna opent hij zorgvuldig zijn keurige mapje voor haar. Door wat ik op dat moment te zien krijg valt niet één, maar vallen mijn beide ogen uit hun kassen. In mijn verwarring schiet mijn been uit en schop ik per ongeluk het koffertje van de jongeman om, want God in het mapje zit een roze Ov-studentenkaart waarop het geboortejaar 1987 prijkt. Hij is dus net ietsje ouder dan mijn kleine nichtje.